Een werkgever betaalt een dure opleiding voor één van zijn werknemers. Kort na afronding ervan besluit de werknemer met zijn vers opgedane kennis elders aan de slag te gaan. De werkgever kan zo’n penibele situatie voorkomen met een studiekostenbeding. Daarbij moet het beding wel aan bepaalde voorwaarden voldoen.
Compensatie voor investering
Om te voorkomen dat werknemers na afronding van een studie betaald door de werkgever het ruime sop kiezen, nemen veel werkgevers een terugbetalingsregeling of studiekostenbeding op in de opleidings- of studieovereenkomst of zelfs in de arbeidsovereenkomst. Daarmee ontmoedigen ze hun werknemers om tijdens of kort na hun opleiding uit dienst te treden. Neemt een werknemer toch ontslag, dan moet hij zijn werkgever compenseren voor de investering in de opleiding. Hij betaalt dan (een deel van) de opleidingskosten terug.
Spelregels van een studiekostenbeding
Om te bepalen of een studiekostenbeding rechtsgeldig is, kijkt een rechter naar de volgende voorwaarden:
- Het beding is schriftelijk overeengekomen met de werknemer en hij kent en begrijpt de afspraken goed.
- In het beding staat concreet wat de redenen kunnen zijn voor terugbetaling, zoals ontslag op verzoek van de werknemer of het bij herhaaldelijke pogingen niet halen van het diploma. Gedwongen ontslag houdt vaak geen stand als reden voor terugbetaling.
- In het beding staat concreet welke kosten voor rekening van de werknemer komen. Gaat het bijvoorbeeld alleen om de kale opleidingskosten of ook om reiskosten en het lesmateriaal?
- In het beding staat er een redelijke termijn waarbinnen de terugbetalingsregeling geldt. De bepaling dat een werknemer na de opleiding bijvoorbeeld pas na vijftien jaar pas uit dienst mag treden, is niet redelijk. De lengte van die periode is vaak afhankelijk van de kosten van de opleiding.
- De werkgever heeft binnen de termijn voor terugbetaling een glijdende schaal of fasering opgenomen. Dat houdt in dat een werknemer minder hoeft terug te betalen naarmate hij na de opleiding langer voor de organisatie blijft werken. Immers, hoe langer hij blijft, hoe meer profijt de werkgever heeft gehad van de opgedane kennis en competenties.